Woont u in Duitsland maar heeft u als pensioengerechtigde een bedrijfspensioen van uw oude werkgever of een lijfrente uit Nederland? Dan kan het zijn dat u teveel belasting heeft betaald over dit pensioen, dan wel deze lijfrente.
Woont u in Duitsland maar heeft u als pensioengerechtigde een bedrijfspensioen van uw oude werkgever of een lijfrente uit Nederland? Dan kan het zijn dat u teveel belasting heeft betaald over dit pensioen, dan wel deze lijfrente.
Nieuw belastingverdrag
Het belastingverdrag tussen Nederland en Duitsland is drastisch gewijzigd op het gebied van bedrijfspensioenen en lijfrentes. Een bedrijfspensioen of lijfrente werd tot 1 januari 2016 belast in de woonstaat. Per 1 januari 2016 krijgt echter de bronstaat - waar het pensioen vandaan komt - dit heffingsrecht. Het verdrag heeft dus tot gevolg dat de heffingsbevoegdheid van de belastingen veranderd van de woonstaat naar de bronstaat, in dit geval van Duitsland naar Nederland. Dit geldt alleen voor bedrijfspensioenen en lijfrentes (inclusief AOW, VUT en dergelijke sociale uitkeringen) als deze gezamenlijk meer zijn dan € 15.000. Voor dit drempelbedrag worden tevens de overige uitkeringen - zoals de AOW, WIA en WW - meegerekend. Deze overige publieke uitkeringen werden al onder het oude verdrag belast in Nederland, daarin verandert niets, zij tellen echter wel mee voor het hiervoor genoemde drempelbedrag van € 15.000.
De gedachtegang achter de wijziging van de heffingsbevoegdheid is dat de pensioenen en lijfrentes alle voorgaande jaren belastingvrij in Nederland zijn opgebouwd, maar zodra het pensioen wordt uitgekeerd komt dan de belastingheffing over dit pensioen aan Duitsland toe. Nederland - die jarenlang dus de belastingvrije opbouw heeft verleend - wil met deze wijziging van het belastingverdrag ook de heffingsbevoegdheid over het pensioen.
De wijziging pakt echter onwenselijk uit voor de in Duitsland wonende Nederlander die uit Nederland nog een bedrijfspensioen of lijfrente-uitkering geniet. Duitsland heeft een erg lage belasting over pensioenen en lijfrentes, dit in tegenstelling tot Nederland. Zo betaalt men in Duitsland over een bedrijfspensioen van bijvoorbeeld € 70.000, minder dan € 1.700 aan Duitse belasting. Over ditzelfde bedrag aan bedrijfspensioen betaalt de gepensioneerde onder het nieuwe verdrag een belasting van ruim € 17.000 aan Nederlandse belasting. Dat is een aanzienlijke verhoging van de te betalen belasting.
Overgangsregeling
Aangezien deze wijziging van het belastingverdrag en de gevolgen hiervan op felle kritiek stuitte, is er een overgangsregeling van 6 jaren in het leven geroepen. In het jaar 2016 heeft men nog de keuze het oude verdrag te laten gelden. Vanaf 2017 kan men kiezen voor een gefaseerde opbouw van het belastingpercentage van 10% naar 30% over de volgende 5 jaren, aldus vanaf 2017 tot en met 2021.
In de overgangsregelingen gelden de volgende belastingtarieven.
Vanaf 2022 geldt het reguliere tarief aan inkomstenbelasting.
De belastingplichtige kan een beroep doen op deze overgangsregeling, echter alleen indien men aan bepaalde voorwaarden voldoet. Nederlandse pensioenuitvoerders hebben al aangegeven dat zij niet bekend zijn met de persoonlijke situatie van hun uitkeringsgerechtigden en dus niet weten of er aan deze voorwaarden wordt voldaan. Op grond hiervan houden zij bij de uitkering gewoon het reguliere tarief in, dat op kan lopen tot 51,95%.
Het kan zijn dat u het recht heeft om gebruik te maken van de overgangsregeling en dat u wellicht een teveel aan belasting heeft betaald over uw uitgekeerde pensioen of lijfrente over het jaar 2017. Maar om dit aan teveel betaalde belasting terug te vragen, dient u wel aan bepaalde voorwaarden te voldoen, zo dient u onder andere al in Duitsland te wonen vóór 12 april 2012 - de datum waarop het nieuwe belastingverdrag is getekend - en dient uw bedrijfspensioen of lijfrente vóór 1 januari 2016 te zijn ingegaan.
Neem vrijblijvend contact met ons op. We helpen u graag verder!
Neem contact op