Heffingskortingen
Per 1 januari 2019 mogen werkgevers niet langer rekening houden met het belastingdeel van de heffingskortingen met uitzondering van de arbeidskorting. Hierdoor heeft de werkgever in 2019 meer loonheffing moeten inhouden ten opzichte van eerdere jaren. Wellicht heeft u hier, door de tariefsaanpassingen van de loonheffingen, in uw netto salaris niets van gemerkt. Maar als u voldoet aan de voorwaarden van de regeling voor de kwalificerende buitenlandse belastingplicht, kunt u het belastingdeel van deze heffingskortingen via de aangifte inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen alsnog terugvragen. Om te voldoen aan deze regeling moet u inwoner zijn van de EU, EER, Zwitserland of BES-eilanden, 90% van het wereldinkomen wordt belast in Nederland én u moet een inkomensverklaring kunnen aanleveren.
Wanneer u een kwalificerend buitenlands belastingplichtige bent, heeft u recht op dit belastingdeel van de heffingskortingen en is het zaak om aangifte in Nederland te doen om het te veel aan ingehouden loonbelasting terug te vragen. De teruggave op grond van de algemene heffingskorting kan oplopen tot ruim € 609.
Inkomensafhankelijke combinatiekorting
Heeft u kinderen jonger dan 12 jaar die gedurende het belastingjaar minimaal zes maanden op uw adres stond(en) ingeschreven, dan kunt in de Nederlandse aangifte aanspraak maken op een extra heffingskorting; de inkomensafhankelijke combinatiekorting. Deze heffingskorting bedraagt in 2019 maximaal € 2.835. Indien u voldoet aan de voorwaarden van de regeling voor de kwalificerende buitenlandse belastingplicht, kunt u de volledige heffingskorting claimen. Kwalificeert u niet, maar bent u wel sociaal verzekerd in Nederland, dan kunt het premiedeel van deze heffingskorting claimen. Het premiedeel van de inkomensafhankelijke combinatiekorting bedraagt maximaal € 2.139.